dinsdag 6 april 2021

Calibratie van het echolood bij St. Michaels Mount - Calibration of the echosounder at St. Michaels Mount

Op zondag 4 en maandag 5 april, terwijl het flink waait, varen we door de Minch en tussen de eilanden ten zuiden van de Hebriden en vervolgens door de Ierse zee, naar het het uiterste puntje van Cornwall. Hier gaan we het echolood calibreren, in de beschutting van de landtong en met uitzicht op St. Michaels Mount. Het is half bewolkt met krachtige wind uit het noorden (N6 beaufort).

On Sunday 4 and Monday 5 April, with a strong wind, we sail through the Minch and between the islands south of the Hebrides and then through the Irish Sea to the very tip of Cornwall. Here we are going to calibrate the echosounder, in the shelter of the headland and with a view of St. Michael's Mount. It is partly cloudy with a strong wind from the north (N6 Beaufort).

In de ochtend van 6 april, als we voor anker liggen, merkt Bram op dat St. Michaels Mount eigenlijk een soort mini versie van de Mont Saint-Michel is. Tiemen, stuurman, vraagt wat dat is. Kinne en Bram beginnen met uitleggen en Tijmen's gezicht licht plotseling op: "Oh wacht! Dat ken ik ... van Bassie en Adriaan. Die zijn daar ook geweest!!!".

In the morning of April 6, when we anchor, Bram notes that St. Michael's Mount is actually a kind of mini version of Mont Saint-Michel. Tiemen, mate, asks what that is. So Kinne and Bram start to explain. Tiemen's face suddenly lights up: "Oh wait! I know that ... from Bassie and Adriaan. They have been there too!!!". (for the non-Dutch readers, "Bassie en Adriaan" is a children TV program with a clown and an acrobat which run on Dutch television from 1978 to 1995)

4 april. In de Gulf of Corryvreckan (ten zuiden van Jura) staat een sterke getijdestroming. - April 4. in the Gulf of Corryvreckan (south of Jura) there is a strong tidal current.








Afgelegde transecten en de route door de Minch en de Ierse Zee naar de calibratie-plek bij Penzence. - Sailed transects and the track through the Minch and the Irish Sea to the calibration site at Penzance.








5 april. Voordat we 'snachts voor anker gaan bij Penzance/St. Michaels Mount, monteren Dirk Burggraaf, Thomas Pasterkamp en de bemanning de calibratie hengels op het voordek. Daarna gaan ze op de foto. Van links naar rechts: Huig van Beelen, Frank van Rossum, Gijs Duin, Albert de Boer, Huig de Vreugd, Jack Kraak, Louwe Post, Arie-Jan Plug, Rob van Leeuwen, Thomas Pasterkamp en Dirk Burggraaf. - April 5th. Before we drop anchor at night at Penzance / St. Michael's Mount, Dirk Burggraaf, Thomas Pasterkamp and the crew mount the calibration rods on the foredeck. Then they have their picture taken. From left to right: Huig van Beelen, Frank van Rossum, Gijs Duin, Albert de Boer, Huig de Vreugd, Jack Kraak, Louwe Post, Arie-Jan Plug, Rob van Leeuwen, Thomas Pasterkamp en Dirk Burggraaf.







Normaal gesproken wordt de apparatuur voor de uitvoering van de survey gecalibreerd. Je kunt dan van te voren de gevoeligheid van de het echolood corrigeren en tegelijkertijd alle instellingen nalopen. Een belangrijk voordeel van calibratie voorafgaand aan de survey, is dat er eventuele problemen met de soft- en hardware aan het licht komen en verholpen kunnen worden. Zoals eerder vermeld in de eerste aflevering van deze blog, heeft Rijkswaterstaat ons op het laatste moment een verplichte onderbreking opgelegd, waardoor we gedwongen werden om meteen de transecten te beginnen. Daarom voeren we de calibratie nu achteraf uit. Dit betekent dat we de gegevens aan de hand van de calibratiegegevens achteraf moeten bijstellen.

Normally, the equipment is calibrated before the survey. You can then correct the sensitivity of the echosounder in advance and check all settings at the same time. An important advantage of calibration prior to the survey is that any problems with the software and hardware can be identified and resolved. As mentioned earlier in the first episode of this blog, Rijkswaterstaat imposed a mandatory interruption at the last minute, forcing us to start the transects right away. That is why we now carry out the calibration afterwards. This means that we have to adjust the survey data afterwards based on the calibration data.

Blik op St. Michaels Mount. In de voorgrond de twee stuurboord calibratiehengels. - View of St. Michaels Mount. In the foreground the two starboard calibration rods.




St. Michaels Mount



Serdar en Bram in de meetkamer tijdens de calibratie. - Serdar and Bram in the situation room during the calibration.



Voor de calibratie wordt een metalen bol onder de transducers gehangen en door de hele geluidsbundel bewogen. Dit gebeurt met behulp van vier hengels met katrollen die aan de reling van het schip worden bevestigd, twee aan stuurboord en twee aan bakboord. We hebben zes splitbeam transducers (18, 38, 70, 120, 200 en 333 kHz) en een multibeam (Simrad ME70) die uit 21 single beam transducers bestaat. Deze transducers zijn gemonteerd in de drop keel van de Tridens. Elke afzonderlijke transducer kan ook nog met verschillende instellingen worden gecalibreerd, bijvoorbeeld met verschillende pulslengtes. Een calibratie-sessie waarbij de bol onder een van de transducers wordt voortbewogen duurt ongeveer een half uur. Vervolgens worden de apparatuur bijgesteld en wordt deze calibratie sessie nog eens herhaald om te checken of deze bijstelling echt voldoet. Indien dit niet het geval is, wordt de procedure herhaald. Voor de calibratie van de verschillende frequenties gebruiken we verschillende verschillende metalen bollen, met verschillende legeringen en diameters. Tussen de calibraties van de verschillende frequenties moet dus ook nog af en toe een bol vervangen worden. In de nacht kan niet gecalibreerd worden omdat er dan kleine visjes hoger in de waterkolom gaan zwemmen en nieuwsgiering op de bol af komen. Je kunt wel uitrekenen dat we wel een paar dagen bezig kunnen zijn, maar we moeten morgen (woensdag 7 april) om 13:00 UTC vertrekken om op tijd in Scheveningen aan te komen.

For calibration, a metal sphere is hung under the transducers and moved throughout the sound beam. This is done using four rods with pulleys that are attached to the ship's railing, two on the starboard side and two on the port side. We have six split beam transducers (18, 38, 70, 120, 200 and 333 kHz) and a multibeam (Simrad ME70) consisting of 21 single beam transducers. These transducers are mounted in the drop keel of the Tridens. Each individual transducer can also be calibrated with different settings, for example with different pulse lengths. A calibration session in which the sphere is moved under one of the transducers takes about half an hour. Subsequently, the equipment is adjusted and this calibration session is repeated again to check whether this adjustment is really satisfactory. If not, the procedure is repeated. For the calibration of the different frequencies we use different different metal spheres, with different alloys and diameters. It is therefore also necessary to replace a sphere every now and then between the calibrations of the different frequencies. It is not possible to calibrate at night because then small fish will swim higher in the water column and will be drawn to the sphere by curiosity. You can calculate that we could be busy for a few days easily, but we have to leave tomorrow (Wednesday, April 7) at 13:00 UTC to arrive in Scheveningen on time.

Schematische weergave van de calibratieopstelling, gezien vanaf de zijkant van het schip. - Schematic representation of the calibration setup, seen from the side of the ship.



Schematische weergave van de calibratieopstelling, gezien vanaf de achterkant van het schip. - Schematic representation of the calibration setup, seen from rear end of the ship.



Er is een frequentie die essentieel is voor de uitvoering van het onderzoek en dat is de 38 kHz. Deze frequentie wordt gebruikt voor het uitrekenen van de hoeveelheid blauwe wijting. We beginnen dus met die frequentie met de exact dezelfde instellingen die zijn gebruikt tijdens het onderzoek, Daarna worden de overige frequenties een voor een gecalibreerd.

There is a frequency that is essential to the conduct of the study and that is 38 kHz. This frequency is used to calculate the amount of blue whiting. So we start with that frequency with the exact same settings that were used during the study, then the other frequencies are calibrated one by one.

Specificaties van de calibratie-bollen voor de verschillende frequenties. - Specifications of the calibration spheres for the different frequencies.

Thomas Pasterkamp vangt drie makrelen in een keer tijdens de lunch break. - Thomas Pasterkamp catches three mackerels in one go during lunch break.





zondag 4 april 2021

Diepe trek en wegwezen voor de storm - Deep haul and evading the storm


Na trek 12, maken we het transect af naar het oosten. Om 14:20 UTC draaien we op 58.11N-8:37W  naar het noordoosten en starten om 18:32 UTC vanaf 58.50N-7:23W op het volgende transect in westelijke richting. Op dit transect zien we geen blauwe wijting op het echogram. Volgens de weersverwachting, is er slecht weer op komst. Dat betekent dat we onze bijdrage aan dit internationale onderzoek in de nacht van zaterdag 3 naar zondag 4 april zullen moeten beeindigen en dat er niet veel tijd over is. We snijden een stuk transect af door op zaterdag 3 april om 6:05 UTC op 58.51N-10.48W richting het noorden te varen en om 14:24 UTC op 59.31N-10.48W in oostelijke richting aan het laatste transect te beginnen.

Ook op dit transect zien we geen blauwe wijting meer. Om 18:20 UTC op 59.32N-7:55W tijdens de schemer doen we een trek vlak boven de bodem op 960m. Het is donker als we het net ophalen. Tom en Thomas Smith halen samen met de bemanning voorzichtig de gevangen visjes uit de mazen van het net, om te voorkomen dat ze beschadigd worden wanneer het net op de nettenrol wordt gewonden.

After haul 12 we finish the transect to the east. At 14:20 UTC we turn northeast at 58.11N-8: 37W and start at 18:32 UTC from 58.50N-7: 23W on the next westbound transect.  On this transect we do not see any blue whiting on the echogram. Bad weather is expected. This means that we will have to finish our contribution to this international study on the night of Saturday 3 to Sunday 4 April and there is not much time left. We cut a section of transect by heading north on Saturday, April 3 at 6:05 UTC at 58.51N-10.48W and beginning the final transect at 14:24 UTC at 59.31N-10.48W eastward.

We do not see blue whiting on this transect either. At 18:20 UTC at 59.32N-7: 55W at dusk we carry out a haul just above the bottom at 960m. It's dark when we haul the net up. Tom and Thomas Smith work with the crew to remove the caught fish from the meshes of the net to prevent them from being damaged when the net is wound onto the net spool.

Trek 13, 3 april, 59.32N-7:55W, bemanning en onderzoekers plukken de fragiele visjes uit de mazen bij het halen om te voorkomen dat ze verder beschadigen. - Haul 13, 3 april, 59.32N-7:55W, the crew and researchers pick the fragile fishes from the meshes te prevent these from further damage.

De vangst wordt in twee plastic bakken naar het lab gebracht om te worden uitgezocht. - The catch is brought to the lab to be sorted.


Een deel van de gesorteerde vangst, - A part of the sorted catch.









Het uitzoeken van de vangst is veel werk. Uiteindelijk zullen we 43 vis- en inktvissoorten aantreffen. - Sorting of the catch is a lot of work. Ultimately we will find 43 fish - and squid species.

Snipaal (Nemichthys scolopaceus), Bean's zaagtandaal (Serrivomer beanii), Stomsnuit gladkopvis (Xenodermichthys copei), twee mesopelagische garnalen en Bean's grootschubvis (Scopelogadus beanii). - Slender snipe eel (Nemichthys scolopaceus), Bean's sawtooth eel (Serrivomer beanii), bluntsnout smooth-head (Xenodermichthys copei), two mesopelagic shrimps en Bean's bigscale (Scopelogadus beanii).




Paraliparis membranaceus, een soort slakdolf. - Paraliparis membranaceus, a sea snail species.



Drie exemplaren van Paraliparis membranaceus. - Three specimens of Paraliparis membranaceus.


Atlantische glaspuitaal (Melanostigma atlanticum). - Atlantic soft pout (Melanostigma atlanticum).



Spiegel lantaarnvis (Lampadena speculigera). - Mirror lantaarnvis (Lampadena speculigera).






Grootoog snaveltand (Borostomias antarcticus). - Large-eye snaggletooth (Borostomias antarcticus).


Valbyteuthis danae


Sloane's addervis (Chauliodus sloani). - Sloane's viperfish (Chauliodus sloani).











Spitssnuitdoornhaai (Deania calcea). - Birdbeak dogfish (Deania calcea).

Tom Bangma (Homo sapiens) met een zwarte zwarte veelvraatvis (Aphanopus carbo). - Tom Bangma (Homo sapiens) with a black scabbardfish (Aphanopus carbo).

Na trek 13 varen we door tot net over de rand van het continentale plat. Ondertussen trek de wind aan tot 8 beaufort. Om 1:29 UTC op 59.31N-6.30W stoppen we ermee en zetten koers naar de Minch om in de beschutting van de Hebriden zuidwaarts te varen.
After haul 13 we continue to just over the edge of the continental shelf. Meanwhile, the wind is increasing up to 8 beaufort. At 1:29 UTC at 59.31N-6.30W we stop and head for the Minch to sail south in the shelter of the Hebrides.



zaterdag 3 april 2021

De eerste blauwe wijting sinds een week - The first blue whiting in a week

Op donderdagochtend 1 april varen we nog steeds langszaam naar het oosten op het 56.40N transect, maar in de loop van de dag gaat de wind liggen. Wat een opluchting! Om 15:06 UTC op 56.40N-12.00W draaien we noord van het transect af en varen op hoge snelheid  naar het volgende transect. Daar komen we aan om 22.53 UTC en varen vanaf 58.11.47N-12.00.62W in noordelijke richting.

De volgende dag, op goede vrijdag 2 April, zien we bij het bereiken van de rand van het continentale plat, bescheiden aantekeningen van blauwe wijting op het echogram. Om 7:51 UTC vissen we hierop  voor trek 12. De vangst bestaat uit blauwe wijting met ongeveer 20% lantaarnvisjes.

On Thursday morning April 1, we are still slowly sailing east on the 56.40N transect, but the wind dies down during the day. What a relief! At 15:06 UTC at 56.40N-12.00W we turn north, leaving the transect and sail at high speed to the next transect. We arrive there at 22.53 UTC and sail north from 58.11.47N-12.00.62W.

The next day, Good Friday, April 2, when we reach the edge of the continental shelf, we see moderate records of blue whiting on the echogram. At 7:51 UTC we fish for haul 12. The catch consists of blue whiting with about 20% lanternfish.

Trek 12, 2 april, 58.11.44N-9.3047W, 125 kg blauwe wijting en 15kg lantaarnvisjes. - Haul 12, 2 April, 58.11.44N-9.30.47W, 125kg blue whiting and 15kg lanternfish.












De blauwe wijting valt van de opvoerband op de sorteerband. De lantaarnvisjes blijven plakken op de kunststofflap. - The blue whiting falls from the feed conveyor onto the sorting conveyor. The lantern fish stick to the plastic flap.


Op de kunstofflap van de opvoerband naar de sorteerdband, kun je al zien wel soorten, afgezien van blauwe wijting, in de vangst zitten: ijslantaarnvis (Benthosema glaciale), Kroeyers lantaarnvis (Notoscopelus kroyeri), Gevlekte lantaarnvis (Myctophum punctatum; 1 exemplaar, helemaal links in het midden) en bleke barracudina (Lestidium atlanticum). - On the plastic flap from the elevator conveyor to the sorting belt, you can already see species, apart from blue whiting, in the catch: glacier lanternfish (Benthosema glaciale), lancetfish of Kroyer's lanternfish (Notoscopelus kroyeri), Spotted lanternfish (Myctophum punctatum; 1 specimen, center left) and Atlantic barracudina (Lestidium atlanticum).



Gijs Duin helpt Tom met het uitzoeken van de lantaarnvisjes en barracudina's. Merk op dat ze anderhalve meter afstand houden in verband met de Covid-19 pandemie. - Gijs Duin helps Tom to sort the lanternfish and barracudinas. Note that they keep 1.5m distance in connection with the Covid-19 pandemic.










donderdag 1 april 2021

Een betere krill-vanger dan het Miknet - A better krill catcher than the Mik net

Op 31 maart vorderen we heel moeizaam tegen de harde wind in westelijke richting. Nadat we 60 mijl geen blauwe wijting hebben gezien op het 56.04N transect, mogen we er van uitgaan dat er westelijk geen blauwe wijting zit en kunnen afsteken naar het volgende transect. Dat komt goed uit, want als gevolg van het slechte weer komen we in tijdnood. Om 9:47 UTC draaien we op 56.03N-14.22W naar het noorden. Helaas draait de wind ook van west naar Noord, waardoor we ook op dit stuk weer moeizaam vorderen. Op dit intertransect zien we bovenop Rockall Bank op een diepte van 190m een dunne rood-groene laag stijf op de bodem. Nadat we om 17:27 UTC op 56.39.20N-14.25.53W naar het oosten draaien op het nieuwe transect, gaan we vissen op die laag. We hebben geen idee wat het is bij het uitzetten van het net. Is het horsmakreel? Of blauwe wijting? Toch geen makreel?

On March 31, we struggle to make progress against the strong wind in a westerly direction. After we have not seen blue whiting on the 56.04N transect for 60 miles, we can assume that there is no blue whiting to the west and can move to the next transect. That is good, because as a result of the bad weather we are running out of time. At 9:47 UTC we turn north at 56.03N-14.22W. Unfortunately, the wind also turns from west to north, making it difficult for us to make progress again. On this intertransect we see a thin red-green layer stiff on the bottom on top of Rockall Bank at a depth of 190m. After turning east on the new transect at 17:27 UTC at 56.39.20N-14.25.53W, we start fishing for that layer. We have no idea what it is when setting the net. Is it horse mackerel? Or blue whiting? Not mackerel after all?

Trek 11, 31 maart 2021, 56.39.32N-14.21.11W, 365kg grauwe poon (Eutriglia gurnardi). - Haul 11, 31 March 2021, 56.39.32N-14.21.11W, 365kg grey gurnard (Eutriglia gurnadi).










Tijdens trek 11 neemt de wind flink toe van 6 naar 8-9 beaufort. Bij het halen waait het net over een kaapstaander aan dek, waardoor het net scheurt. Het net wordt met het beschadigde deel gewoon op de nettenrol gewonden. De vangst is... grauwe poon (Eutrigla gurnardus). Dat had niemand aan boord verwacht. De vangst is schoon, dat wil zeggen er zit werkelijk niets anders in dan grauwe poon. De poon wordt doorgemeten. Enkele exemplaren worden opengesneden. De magen zitten vol met noordelijke krill (Meganyctiphanes norvegica) van ongeveer 3 tot 4 cm. Krill van die afmetingen hebben we nog niet aangetroffen in de Miknetvangsten. Grauwe poon is een betere krill-vanger dan het Miknet!

During haul 11 the wind increases considerably from 6 to 8-9 Beaufort. During the retrieval, the net blows over a capstan on deck, causing the net to tear. The net is simply wound onto the net roll with the damaged part. The catch is ... grey gurnard (Eutrigla gurnardus). Nobody expected that on board. The catch is clean, that is to say there is really nothing else in it than grey gurnard. The gurnard is measured. Some specimens are cut open. The stomachs are full of northern krill (Meganyctiphanes norvegica) measuring about 3 cm. We have not yet encountered krill of that size in the Miknet catches. Hence, grey gurnard is a better krill catcher than the Miknet!

Onmiddelijk na trek 11, ondanks de harde wind, rolt de bemanning het net af tot het gescheurde deel om het te repareren. - Immediately after haul 11, despite the seastate, the crews unrolls the trawl net until the damaged part and start mending the teared section.




De vangst van trek 11 bestaat geheel uit grauwe poon. - The catch of haul 11 consists entirely from grey gurnard.





Grauwe poon (Eutrigla gurnardus). - Grey gurnard (Eutrigla gurnardus).

De maaginhoud van drie grauwe ponen: noordelijke krill (Meganyctiphanes norvegica). - The stomach contents of three grey gurnards: northern krill (Meganyctiphanes norvegica). 

Aan de grootte en structuur van de hommen en kuiten is te zien dat de grauwe ponen op het punt staan om te paaien. - The size and structure of the gonads show that the grey gurnards are about to spawn.

We hebben met de wind meegevist en na het halen, is de wind zo in kracht te genomen dat het ons twee uur kost om terug te komen op de plek waar we het transect weer kunnen oppikken. Doordat de wind inmiddels is gedraaid naar ONO, moeten we op deze raai weer tegen de wind in surveyen.

We fished with the wind and after ahuling, the wind has become so strong that it takes us two hours to get back to where we can pick up the transect again. Because the wind has now turned to ENE, we have to survey against the wind again.